De verteller vertelt een verhaal.
Hamlet.
Maar wat nou als de verteller het niet vertelt zoals het is geschreven?
De personages in opstand komen en de verteller de les lezen.
De verteller, Ida van Dril worstelt met haar puberende zoon Hamlet.
En hij met haar.
Overdag zit hij op school, ’s avonds speelt zij in het theater.
Tussendoor zien ze elkaar bij het ontbijt of een haastig diner.
Zij met haar zorgen.
Hij met zijn mobiel.
Ze zijn er maar ze zijn er ook niet.
Wil zij een tragedie voorkomen dan zoekt hij de confrontatie.
Een verhaal over de eeuwenoude strijd tussen jong en oud. Nooit eerder had de jeugd zo’n wijde blik op wereldse zaken. Je ogen sluiten is geen optie. Hun verhaal moet verteld worden zoals het is bedoeld.
Na diverse jeugdproducties speelde Ida met Fred Delfgaauw een bewerking van King Lear. Enthousiast door deze ervaring waagt zij zich aan Hamlet.
“Delfgaauw is een meester in het poppenspelen en Van Dril is zijn leerling, inmiddels een volleerde leerling.” Haarlems Dagblad over King Lear
